Les nr. 1 Denk in kleurenfamilies
Op het eerste gezicht lijkt de ingang van het huis op een rel van kleur, maar na een gesprek met ontwerper Pieter besef je dat hij eigenlijk met een strak palet werkte. “Ik wilde eerst heel veel wit en daarna een mix van blauw en oranje,” onthult hij. Het geheim? Werken met verschillende tinten in elk van deze twee complementaire kleurenfamilies. Zijn blues omvatte “kobalt, turkoois, delft, marine. Binnen de oranje familie, koralen, mandarijnen, grapefruits. Echt rijke tinten, niet gedempt. ”
Les nr. 2 Blauw en wit werkt altijd
Voor Pieter is het gebruik van een combinatie van blauw en wit hetzelfde als “een wit shirt dragen met een blauwe spijkerbroek, of een marineblauwe blazer en een wit shirt. Het raakt nooit uit de mode. “De klassieke kleurencombinatie in interieurs kan op dezelfde manier worden aangekleed of verlaagd. Het totale effect is gepolijst en toch casual. “Ik denk dat blauw en wit het equivalent is van zwart en wit; het is gewoon niet zo fel “, zegt de ontwerper. “Het is voor de meeste mensen leuker.”
Les nr. 3 Kies een palet en herhaal
Werken binnen een gestroomlijnd kleurenpalet helpt niet alleen de kamers zelf samenhangend te maken, maar helpt ook bij de overgangen tussen kamers. “Wanneer je in het midden van de foyer bent en je alle andere kamers overal kunt zien, heb je in elke ruimte dezelfde familie kleuren, maar op verschillende manieren”, zegt Pieter. Voorbeeld: de muren van de eetkamer zijn bekleed met een soortgelijk blauw als de woonkamer, maar dit keer met verf, en net als in de hal heeft een oranje stoffering een opvallend en toch aardend effect.
Les nr. 4 Speel met kleuren
Een geniale manier om nog meer uit een kleine groep kleuren te halen, is door een accentkleur op de voorgrond te gebruiken. Dit is precies wat Pieter in deze slaapkamer deed door oranje gordijngordijnen en mandarijnlampen te gebruiken, terwijl het blauw en wit zich terugtrokken in een enkele fauteuil.